ga naar startpagina

Romee Kanis

 

 

Joke Zaal

 

 
 

Contrasten:
Organische vormen –contra-  geometrische vormen.
Natuurlijke materialen – contra- kunststoffen en metalen.
Warme kleuren- contra- koude kleuren.
Onbuigzame materialen- contra- flexibele materialen
Structuren:
De ritmische opbouw van de compositie.
De factuur (de ritmische sporen van de bewerking) op de huid van het metaal.
De vormrijm die ontstaat door de grotere vormen globaal terug te laten komen.

Ander werk ontstaat mede door associaties die opborrelen bij het waarnemen en verwerken van wat er om mij heen waar te nemen is (b.v. expositie Tastzin):
De tijdelijkheid van het vertrouwde landschap in het perspectief van de eeuwigheid,
de invloed van de tijd, wind, water (b.v. Kwal, Weefsel, Stenen) of menselijk handelen (b.v. Ventjas voor projectontwikkelaar, Boom op de vlucht) op de natuur

Materialen.
Zink en aluminium hebben mijn voorkeur boven koper en messing. De laatste twee willen nogal eens opdringerig zijn door hun kleur. Zink en aluminium daarentegen eisen met hun grijzige tinten minder de aandacht op, waardoor het karakter van de vorm meer naar voren komt. Bovendien laat het zich moeiteloos combineren met andere materialen als hout (b.v. Wrong), plexiglas (b.v. Slib), textiel (b.v. Vlinderquintet), vooral als die wèl een sprekende kleur hebben.
In het materiaal zelf kan ik een contrast (organisch / geometrisch) aanbrengen door een deel te vervormen door middel van drijven (bewerken met hamers op tassen, als de koperslager) en een deel geen ‘behandeling’ te geven (boom op de vlucht).
Door organische vormen geometrisch uit te beelden (b.v. fladderende vlinders), of juist andersom (tafel voor drie), kan een vervreemdend effect ontstaan.

Ik vertel mijn  verhaal in een steeds zelfgekozen beeldtaal.

 

 

< vorige pagina